Line
Line
   
Halverwege de jaren tachtig van de vorige eeuw kwamen de schaalbare font formaten op de markt, waaronder het PostScript Type 1 formaat, dat ook instructies (hints) bevatte voor het controleren van de optekening bij lage resoluties. Eind jaren tachtig ontwikkelde Apple het TrueType formaat, dat Unicode ondersteunde, vergaande hinting toeliet waardoor superieure optekeningen voor bijvoorbeeld beeldschermen mogelijk werden en bovendien ook nog uitbreidbaar was. In 1994 presenteerde Apple met het TrueType GX formaat, dat geavanceerde layout features ondersteunde, zoals het al of niet afhankelijk van de context vervangen van karakters door swashes en ligaturen.
In 1995 publiceerde Microsoft de specificatie van versie 1.0 van TrueType Open, zoals OpenType oorspronkelijk werd genoemd en Adobe en Microsoft ontwikkelden daarna samen het huidige OpenType formaat. Apple zet tegenwoordig de ontwikkeling van de GX technologie voort in de vorm van het AAT formaat en participeert dan ook niet in de ontwikkeling van OpenType. Tot Mac OS X.3 (Panther) ondersteunde Apple als gevolg daarvan niet de features van OpenType fonts. In Mac OS X.4 (Tiger) vindt gedeeltelijke ondersteuning van OT features plaats door interne overzetting naar AAT features.
OpenType is meer dan een simpel fontformaat alleen, het is een architectuur met bouwstenen. Allereerst zijn daar de OpenType fonts zelf en de werking daarvan is afhankelijk van andere bouwstenen, namelijk de ondersteuning door achtereenvolgens het besturingssysteem, de applicaties en de printers. OpenType fonts hebben vier essentiële ingrediënten: de contour-beschrijving (bezier of quadratic splines), de hinting informatie, de tabellen voor de karakter-indeling en de typografische features (voor het positioneren en vervangen van karakters).
OpenType fonts komen voor in twee varianten; een daarvan is gebaseerd op de PostScript Type 1 outlines (.otf) en de andere op TrueType outlines. Zodoende kunnen zowel Adobe en Microsoft gebruik blijven maken van respectievelijk de Type 1 en de TrueType architectuur. Duizenden Type 1 fonts kunnen hierdoor zonder verlies aan kwaliteit worden geconverteerd naar OpenType en de .ttf varianten kunnen nog steeds worden voorzien van de voor TrueType zo kenmerkende hoogwaardige instructies voor de optekening op lage resoluties.
Er is geen standaard wat het aantal karakters dat een OpenType font kan bevatten betreft. Dat kan variëren van 256 tot meer dan 65.000 karakters. Een OpenType font kan daardoor meerdere scripts bevatten. Een script is een collectie van karakters die een of meerdere talen ondersteunen. Een Latin script wordt gebruikt om Nederlands, Engels, Frans, Duits en vele andere talen te zetten. In contrast hiermee worden drie scripts gebruikt voor het Japans, namelijk Hiragana, Katakana en Kanji. Deze drie scripts kunnen, zonodig met het Latin script, tezamen in één OpenType font worden gestopt. Sommige karakters binnen een script kunnen taal-specifiek zijn, zoals de Duitse eszet ligatuur. Het aantal features is overigens ook variabel, en kan variëren van nul tot meer dan honderd.
 
OpenType fonts zijn in principe platform-onafhankelijk en functioneren onder Windows, Mac OS en ook Linux. Windows 2000 en Windows XP ondersteunen beide OpenType varianten (.otf en .ttf) en ondersteunen veel -maar niet ook weer niet alle- features. Zowel Mac OS 9.2 als Mac OS X weten ook raad met beide varianten van OpenType maar ondersteunen niet de features omdat Apple zich richt op de eigen AAT technologie. De houding van Apple betekent dat OpenType fonts ook de AAT tabellen moeten bevatten om op de Mac te kunnen werken. In het geval van Linux zou de support moeten komen van Freetype.
Mede omdat de ondersteuning door de besturingssystemen verschilt en niet altijd volledig is, heeft Adobe de support voor de features geïmplementeerd op programma niveau. InDesign, PhotoShop en Illustrator ondersteunen de OpenType features onafhankelijk van het besturingssysteem.
 
Voor de productie van OpenType fonts heeft de Dutch Type Library tezamen met URW++ het programma DTL FontMaster ontwikkeld, dat buitengewoon complexe zaken als het genereren van de typografische GSUB en GPOS features automatiseert. De OpenType functionaliteit is gebouwd op de Adobe OTF SDK, waardoor de OpenType fonts van DTL technisch aan de hoogste eisen voldoen.
De OpenType fonts van de Dutch Type Library zijn in drie varianten verkrijgbaar: Standard, Pro en Plus. De OpenType Standard fonts bevatten naast een specifieke code page voor bijvoorbeeld West-Europees, Oost-Europees, Turks, Cyrillisch of Grieks, mediaeval cijfers en bijbehorende typografische features. De Pro fonts bevatten de karaktersets voor West- en Oost-Europees met bijbehorende klein kapitalen. Daarnaast zitten ook mediaevalcijfers (op zowel standaard- als tabeljustering), ligaturen, superieure en inferieure cijfers en breuken met hieraan gekoppelde typografische features in de Pro versies. De Plus versies zijn in basis identiek aan de Pro versies, alleen zijn Cyrillische en/of Griekse code pages eraan toegevoegd.
 
OpenType versies van een aantal DTL fonts zijn verkrijgbaar via de DTL OpenType Online Shop. Meer informatie kunt u via e-mail opvragen.
 
Line
Line